Echo’s


Er zijn van die plekken waar de geschiedenis in de lucht hangt, waar je omringd bent door de echo’s van het verleden. Een pijnlijk, angstaanjagend en onwerkelijk verleden. Zo pijnlijk en angstaanjagend dat je deze geschiedenis eigenlijk wil vergeten, maar tegelijkertijd zo onwerkelijk dat het onmogelijk is om te vergeten. Laatst bezocht ik zo’n plaats.

Ik was hier al honderden keren geweest in mijn vroege jeugd. Wij fietsten en wandelden hier iedere zomervakantie meerdere malen. Ik speelde hier als kind en was iedere keer opnieuw gefascineerd door de grote radiotelescopen op het terrein. Terwijl ik dan aan de picknicktafel een krentenbol zat te eten, fantaseerde ik over berichten uit de ruimte en maanmannetjes. Het leven was onbezorgd, fantasievol en één groot avontuur.

Wist ik veel…

Wist ik veel dat dit het terrein is van voormalig kamp Westerbork. Wist ik veel dat er een tweede wereldoorlog had plaatsgevonden. Wist ik veel dat de nazi’s vanaf deze plek 93 treinen lieten rijden, met in totaal 107.000 mensen aan boord, richting de concentratiekampen. Slechts 5.000 van deze mensen keerden terug. En wist ik veel dat er zich tussen deze 107.000 mensen 166 familieleden bevonden. Hier kwam ik pas later, veel later achter.

Het was een schok om tijdens mijn pubertijd, naar aanleiding van een onschuldige schoolopdracht, te ontdekken dat mijn moeders kant van de familie grotendeels vernietigd was tijdens de tweede wereldoorlog. Er werd in de familie niet of nauwelijks gesproken over de oorlog. Ik kan me nog  goed herinneren hoe mijn opa en oma ieder gesprek uit de weg gingen en alle vragen die wij stelden afdeden met een “zorg maar dat je er nooit mee te maken krijgt.”
Een serieuzer onderzoek naar mijn familiegeschiedenis volgde na een toevallig bezoek aan het Joods Historisch Museum in 2010. Daar ontdekte ik per toeval een schilderij waarop ik in eerste instantie een oom meende te herkennen. Het schilderij was meer dan 100 jaar oud, maar de schilder droeg dezelfde achternaam als mijn moeder. Op dat moment werd ik mij plotsklaps bewust van mijn joodse wortels. Inmiddels heb ik kopieën van diverse JOKOS dossiers over familieleden, ben ik in het bezit van diverse archiefstukken en verschillende andere objecten.

 

En nu schrijf ik over mijn bezoek aan deze plaats, ruim 70 jaar nadat mijn voorouders hier waren.

Op het kampterrein, op de voormalige appélplaats zijn 102.000 stenen in de vorm van Nederland geplaatst. Iedere steen vertegenwoordigd een slachtoffer van het kamp en elke steen is net even anders van formaat om de uniekheid van ieder persoon weer te geven. Bovenop de stenen staat een symbool. 213 stenen dragen een vlam als symbool, deze stenen representeren de Sinti en Roma slachtoffers. 100 stenen dragen geen symbool en staan voor de verzetsstrijders die via Westerbork naar de vernietigingskampen zijn afgevoerd. Alle overige stenen dragen een davidster. Maar liefst 166 van deze stenen vertegenwoordigen mijn familie.

Mannen, vrouwen, kinderen.

Mensen.

102.000 mensen die werden buitengesloten, weggevoerd en tenslotte vernietigd. Stap voor stap, mens voor mens. En waarom? Omdat zij een ander geloof beleden? Omdat zij een andere culturele achtergrond hadden? Of omdat er toch iemand de schuld moest krijgen van de moeilijke tijden? Omdat het de macht van enkelen kon vergroten? Deze plek geeft geen antwoorden, maar laat de vragen zien. Deze plek laat zien dat hun geschiedenis onze toekomst is. Deze plaats laat zien wat mensen elkaar, en dus zichzelf, aan kunnen doen.

 

En ik? Ik ben stil. Het is zo’n plaats waar geen woorden te vinden zijn, een plaats waar je alleen maar stil kan zijn en luisteren. Luisteren en leren. Luisteren naar de stilte en de echo’s van het verleden. Tegenwoordig fantaseer ik dat de radiotelescopen deze echo’s opvangen en opslaan in ons collectieve geheugen in de hoop dat wij er iets van leren.

 

Follow my blog with Bloglovin

Ruimte

Wat was er nou eerst? De kip of het ei? Dit is net zo’n soort vraag als “Wat was er eerst? De rust en orde in mijn hoofd of de rust en orde in mijnatelier? Het is gewoonweg opvallend dat wanneer ik weer wat lekkerder in mijn vel kom te zitten, dit voor de mensen om mij heen als eerste te merken is aan hoe mijn omgeving eruit ziet. Wanneer mijn werkplek weer zichtbaar is en niet bedolven is onder een dikke laag meuk (papieren, speelgoed, onduidelijke kabeltjes, gereedschap etc.), dan weet iedereen dat het met mij weer de goede kant op gaat. Ikzelf ervaar het als weer ruimte hebben in mijn hoofd.

Want ruimte in mijn hoofd geeft ontspanning en energie. Dan zie ik weer kansen en heb ik ook weer de juiste energie en motivatie om deze kansen te onderzoeken en aan te pakken. Met ruimte in mijn hoofd zie ik oplossingen in plaats van problemen. Dan kan ik ook weer vooruitkijken en durf ik weer te mijmeren.

In het afgelopen jaar, het jaar waarin ik kampte met mijn burn-out, heb ik een aantal eenvoudige tactieken geleerd om dit proces van ruimte creëren positief te beïnvloeden.

Eén van de makkelijkere manieren is opruimen, radicaal opruimen, en om al die spullen die ik in geen tijden heb aangeraakt eens kritisch te bekijken. En bij al die spullen eens echt af te vragen of ik ze wel echt nodig heb. Want laten we eerlijk zijn. Waarom bewaar ik mijn lege verftubes, kapotte penselen en niet goed werkende stiften? Draagt dit bij aan mijn geestelijke of lichamelijke welbevinden?  Word ik gelukkig van een bundeltje kassabonnetjes uit 2009? Word ik hier een creatiever en beter mens van? En soms vind je  dan ineens tussen alle zooi echte schatten zoals een oud schetsboek vol goede ideeën, mooie oude foto’s, of de mastertapes van je afstudeerfilm. Voor deze schatten maak je ruimte, zodat zij je weer kunnen inspireren.

Om creatief bezig te zijn is voor mij deze ruimte in mijn hoofd noodzakelijk, het helpt mij om daadwerkelijk te scheppen. Ik kan dan aan mijn creatieve proces de hoogste prioriteit geven en laat ik mij niet afleiden door “nuttige volwassen zaken”.  Tegelijkertijd vergroot mijn creatieve proces ook de ruimte in mijn hoofd. Er ontstaat een opwaartse, positieve spiraal en dan maakt het ook niet meer uit of je met de kip of het ei begint, als je gewoon maar begint.

Dit onderwerp, ruimte creëren om te kunnen creëren, zal in mijn volgende blogs zeker terug komen en dan zal ik zeker mijn andere strategieën met jullie delen.

 

Follow my blog with Bloglovin